Vijf leefregels om niet te vergeten

De Australische ‘palliatieve zorgzuster’ Bronnie Ware begeleidde jarenlang mensen tijdens de laatste periode van hun leven. Ze verzamelde haar terminale thuiszorg ervaringen op haar blog en schreef het boek ‘The Top Five Regrets of the Dying’.

Volgens Bronnie Ware luidt de top vijf van zaken waar mensen op het einde van hun leven spijt over hebben als volgt:

1. Ik zou willen dat ik de moed gehad had, om het leven te leven dat ik zélf wilde – levend naar eigen waarden en inzichten – en niet het leven te leiden dat ánderen van me verwachten.

2 Ik zou willen dat ik minder hard had gewerkt.

3. Ik zou willen dat ik de moed had gehad om mijn gevoelens te uiten.

4. Ik zou willen dat ik het contact met mijn vrienden beter had onderhouden.

5. Ik zou willen dat ik mezelf had toegestaan gelukkiger te zijn.

Bron: Raamstijn.nl

Wel focus, niet alles

Het leven is ingewikkeld en het wordt ook steeds ingewikkelder. Een manier om daar mee om te gaan is zelf goed je focuspunten te bepalen en je daar toe te beperken. Het is niet mogelijk alle ontwikkelingen te volgen en als ook nog eens het aantal ontwikkelingen groeit, wordt het deel wat je niet kunt volgen alleen maar groter.

Ik bladerde net twee kranten door en werd acuut overvallen door alle informatie. Zelf lees ik eigenlijk weinig kranten, maar vooral boeken en een enkel tijdschrift. Daarmee kan ik de informatiestroom richten, met als risico dat ik bepaalde nieuwsfeiten niet weet of bepaalde trends mis. Het zij zo. Ik voel mij verloren in het informatiegeweld. Bij mijn dagboek (voor de focuspunten) en de boeken voel ik wel thuis. Nee, ik kan NIET alles en, sterker nog, ik wil dat ook echt NIET.

Moraal en bewustzijn

Het universum kent moraliteit slecht als onderdeel van levensvormen, die bewustzijn ervaren en daardoor omgangsregels met soortgenoten en de wereld kunnen gebruiken om een betere kans op overleven te hebben. Stenen kennen geen moraal. Stenen hebben geen omgangsregels nodig. Mensen wel en dieren mogelijk ook.

De moraliteit is een tool van het bewustzijn. Levensvormen met bewustzijn kunnen andere vormen van bewustzijn onderscheiden en kunnen keuzes maken. De mogelijkheid van keuzes maakt het noodzakelijk dat er een handelingskader is, waarbinnen het eigenbelang gedragsregels kan vinden om de keuzes te maken. Dit kader, waarbinnen deze keuzes gemaakt worden, is het morele kader. Hier worden de grenzen aangegeven over hoe bijvoorbeeld mensen zich tot elkaar dienen te verhouden.

Religies en politieke bewegingen zijn vormen van uitgewerkte moraliteit. Zij geven richtlijnen of leggen vast hoe mensen zich tot elkaar en tot het universum dienen te verhouden. Op basis van eigenbelang toetsen mensen hun persoonlijke gedrag op de morele richtlijnen of de doctrine moraal. Theoretisch hebben mensen enige vrijheid om tot van de moraal afwijkende gedragingen te komen. Loyaliteit en groepsdwang zijn daarbij vrijheidsbeperkende grenzen.

Het universum schrijft niets voor. Het gedrag van mensen raakt het universum niet. Slechts andere mensen of andere levensvormen kunnen baat of last hebben van elkanders gedragingen. Er schuilt wijsheid in het idee dat mensen zodanig met elkaar om kunnen gaan dat zij elkaar steunen en zo het geluk binnen de soort optimaal ontwikkelen en het leed binnen de soort optimaal beperken. Deze wijsheid is dan diendend voor het collectief van mensen. Het universum laat dit gedrag echter koud.

Vragen rond ecologisch problemen zijn vragen over moraliteit. Het zijn vragen over hoe de gedragingen van mensen invloed hebben over het leven op aarde. Het zijn vragen over bewustzijn. Er gebeurt niets met het universum als de aarde verloren gaat als leefgebied voor het bewustzijn. Het enige wat dan kan worden gezegd is dat het bewustzijn niet voldoende ontwikkeld was om te overleven. Dit betekent dat, wil de mensheid overleven als mede drager van het bewustzijn, deze mensheid maximaal moet inzetten op de ontwikkeling van het bewustzijn.

Afbeelding: www.tegelspreuken.nl

Better case inclusief business case.

Er wordt veel gesproken over business cases. Ik wil hiervoor de definitie hanteren dat het bij een business case gaat om een financieel sluitend model. Dat betekent dat het begrip business case in de meeste maatschappelijke situaties ongeschikt is, zoals bijvoorbeeld voor het gezin. Weliswaar moet ook binnen het gezin de business case sluiten, maar er gaat veel meer energie rond dan alleen geld. Liefde, aandacht en tijd voor elkaar zijn allemaal vormen van energie waarvan ik hoop dat deze energieen in grote hoeveelheden rond gaan. Graag gebruik ik dan ook het begrip Better case als overkoepelend begrip.

Elke business case heeft dus voor mij een Better case. Maar de meeste Better cases zijn niet of niet direct een business case. Als voorbeeld: bij een voetbalvereniging heeft de business case maar een beperkt belang. Het hebben van leden, die willen voetballen, en het hebben van vrijwilligers, die de vereniging willen organiseren, zijn de doorslaggevend belangen om een sluitende Better case te krijgen. Het geld, wat er rond gaat, is een belangrijke bijzaak, maar het hebben van leden, vrijwilligers, ballen en voetbalvelden is een veel groter belang.

Het begrip Better case omvat en doet recht aan de onbetaalde en vrijwillige inzet van mensen voor hun naasten op basis van persoonlijke waarden, die niet in geld worden uitgedrukt. Het gezin of de voetbalvereniging draaien op de onbetaalde en vrijwillige inzet van mensen. Deze maatschappelijke waarde vind ik groter dan bijvoorbeeld de waarde van het bedrijfsleven. Dat wil uitdrukkelijk niet zeggen dat wij zonder het bedrijfsleven kunnen of dat het bedrijfsleven geen aanvullende waarden hanteerde, maar het geeft wel de relativiteit van de business case in de hiërarchie van maatschappelijke belangen aan.

Misschien is deze begrippendefintie ook van belang voor de dialoog rond het ecologisch evenwicht van de aarde. Het ecologisch evenwicht is een Better case en geen business case. Er spelen heel veel grotere belangen mee dan het belang van financieel evenwicht.