Het was voor gedragswetenschapper Reint Jan Renes bijna een surreële ervaring, om tijdens de coronacrisis te zien dat we wél in staat zijn om mensen massaal ander gedrag te laten vertonen. Maar waarom lukt dat niet met de klimaatcrisis? ‘We moeten de klimaatcrisis radicaal collectief maken, net als de coronacrisis.’
Categorie: Goede vraag
Hoe onnozel durf ik mij te voelen?
Het persoonlijke leven is relatief. Het persoonlijke leven ontwikkelt zich binnen het immense universum van ruimte en tijd.
Menselijk gevoel is niet relatief. Dit gevoel is absoluut en in het hier-en-nu. Als kiespijn.
Het gevoel is de basis voor het menselijk handelen en niet de ratio. Zo kan een verslaving ontstaan en blijven bestaan. Bijvoorbeeld een alcoholverslaving.
Een mens is beperkt, ook in zijn bewustzijn van zijn gevoelens. Vanuit deze beperkte vormen van bewustzijn komt hij tot handelingen. Vervolgens moeten deze handelingen antwoorden geven op de gevoelens, waar de handelingen uit voort komen. Met bijkomende effecten van de handelingen op het grotere geheel, dus buiten de bedoelde gevoelens van de individuele mens om, wordt weinig tot geen rekening gehouden. Zo kan een vliegvakantie voor het gevoel van een mens veel belangrijker zijn dan de ecologische schade, die ontstaat door de CO2 uitstoot van de vliegreis. De negatieve gevolgen voor het leven van de eigen kinderen en kleinkinderen worden niet gevoeld en dus niet als belastend ervaren. Zo kan het genoegen van een aankoop in een modewinkel leiden tot niet gewenste kinderarbeid, omdat dit niet gevoeld wordt.
Een antwoord op de ecologische crisis kan alleen komen als de effecten van onze handelingen zoveel gevoel oproepen dat wij bereid zijn onze handelingen aan te passen. De Deltawerken werden pas mogelijk na de overstroming. Een rookverbod werd pas mogelijk na voldoende aantallen van kankerpatiënten. Wat zou er nodig zijn om de aarde te redden?
Mijn individuele gedrag betekent niets in het licht van het universum. Het ecologische systeem gaat niet verloren van een enkele vliegreis of het eten van een bal gehakt. Maar waarvan dan wel? En hoe verhoudt die ontwikkeling zich met mijn persoonlijke verantwoordelijkheid? Of mijn gevoel?
Hoe onnozel durf ik mij te voelen?